Veel interesse in duurmelken

Biedt duurmelken kansen voor Krimpenerwaardese ondernemers? Met die vraag organiseerde de Proeftuin samen met de Krimpenerwaardse afdelingen van NAJK en LTO eind januari een online bijeenkomst over dit onderwerp. Duurmelken is het doelbewust later insemineren van koeien, zodat de tussenkalftijd verlengd wordt van 365 naar bijvoorbeeld 450 dagen. Het kan voor de koe en arbeidstechnisch een aantal voordelen hebben, maar er komt ook het een en ander bij kijken. Daar wilden 46 deelnemers, van wie ca 40 (vooral jonge) agrariërs, meer over weten.

Kennis over duurmelken

Ariëtte van Knegsel van de Wageningen Universiteit deelde kennis uit wetenschappelijk onderzoek over duurmelken. Onder andere dat eerstekalfs koeien gedurende een lange periode een constante productie geven, soms wel meerdere jaren, zonder dat er elk jaar een kalf geboren hoeft te worden. Maar ook dat oudere kalfs-koeien voldoende melk kunnen geven voor het bewust verlengen van de lactatie, al lijkt het erop dat dit niet voor iedere koe geldt. Daarbij is bekend dat een groot deel van de gezondheidskosten op een melkveebedrijf gerelateerd is aan droogstand, afkalven en opstart van de lactatie. De heersende gedachte is nog altijd dat elke koe jaarlijks een kalf hoort te krijgen voor een goede productie en een goed economisch resultaat. Maar dat blijkt dus niet altijd nodig.

Praktijkervaring duurmelken

De tweede spreker die avond was Peter de Wit, melkveehouder te Werkhoven, met jarenlange ervaring met duurmelken. Hij vertelde over de praktische invulling van duurmelken aan de hand van enkele voorbeelden op zijn bedrijf: enerzijds een koe die 145.000 kilogram melk gaf, verdeeld over 14 lactaties en 15 jaar, maar ook een koe die 120.000 liter melk gaf, verdeeld over 6 lactaties in 12 jaar. Hij gaf een inkijkje in de kosten die hij maakt voor diergezondheid en voer. Hij is vooral blij met de arbeidsbesparing die het hem oplevert.

Levendige groepsdiscussie

In de discussie werd o.a. besproken wat duurmelken de Krimpenerwaardse melkveehouderij zou kunnen brengen. Als koeien minder vaak pieken, kunnen ze gedurende een langere periode met ruwvoer gevoerd worden. Duurmelken past bij bedrijven met een groot aandeel ruwvoer en weinig maïs in het rantsoen. En weinig afkalfmomenten, dus ook minder vaak de onvoorspelbare bijkomstigheden rond het afkalven, past goed bij jonge melkveehouders die een baan naast hun melkveehouderij hebben.

Vervolg duurmelkbijeenkomst

Door de grote belangstelling en omdat er veel meer te bespreken is dan waar we op deze avond aan toe kwamen, organiseren we vòòr de zomer een keer een vergelijkbare bijeenkomst. Maar dan ‘in het echt’, in plaats van online. Na de zomer willen we één of meer bijeenkomsten doen waarin we meer ingaan op dan vrij komende resultaten uit Lactatie op Maat èn hoe je als veehouder kiest met welke koeien je duurmelken ervaring kunt opdoen op je eigen bedrijf. Kortom, wordt vervolgd.

Ook meedenken over duurmelken? Neem voor meer informatie contact op met Monique Bestman via m.bestman@louisbolk.nl